Gemeente

Uit Christipedia

Gemeente heeft twee betekenissen[1]: 1. kleinste eenheid van openbaar bestuur, bestuurd door een gemeenteraad en burgemeester en wethouders; 2. vereniging of gemeenschap van gelovigen.

Dit artikel is beperkt tot de behandeling van de gemeente als een gemeenschap gelovigen in Christus.

Woorden

Voor gelovigen als groep (collectief) worden meerdere woorden gebruikt: 'gemeente', 'vergadering', 'kerk'. Hieronder worden deze woorden besproken.

‘Ecclesia’ ('vergadering')

Het woord 'gemeente' in het Nieuwe Testament is een vertaling van het Griekse woord 'ecclesia'. ‘Ecclesia’ = volksvergadering, samenroeping, ‘uit-geroepenen’. Ecclesia betekent letterlijk weg-roeping of bijeen-roeping. Ecclesia is een vergadering van mensen die door God zijn uitgeroepen, weggeroepen en bijeen zijn geroepen. In het Nieuwe Testament wordt ecclesia meestal gebruikt voor de uit de inwoners van de wereld bijeengeroepen burgers van het koninkrijk Gods. Wij zijn geroepen en vergaderd uit de volken. Wij zijn nu het volk van God, de vergadering van de Heer. 'Ecclesia' kan het beste vertaald worden door 'vergadering'.

Hnd 14:27 Toen zij nu daar waren aangekomen en de gemeenten hadden vergaderd, berichtten zij alles wat God met hen had gedaan en dat Hij voor de volken een deur van geloof had geopend.

In Griekenland werd 'ecclesia' gebruikt voor de volksvergadering. Meestal riep een heraut de burgers tot zulk een vergadering bijeen. Uit de inwoners van een stad werden de burgers opgeroepen om samen te komen.

In de oude Griekse vertaling van het Oude Testament (Septuagint) wordt 'ecclesia' gebruikt voor godsdienstige en niet-godsdienstige bijeenkomsten. In het oude testament kennen we ‘de vergadering des Heren’, de vergadering van God.

In het Nieuwe Testament vinden we ook een voorbeeld van een niet-godsdienstige ‘ecclesia’:

Handelingen 19:32 Nu riep de een dit, de ander dat, want de volksvergadering <Gr. ecclesia> was verward en de meesten wisten niet eens, waartoe zij samengekomen waren.

Handelingen 19:39 En indien gij nog iets meer te verlangen hebt, zal dit in de wettige volksvergadering <Gr. ecclesia> worden beslist.

Handelingen 19:41 En met deze woorden ontbond hij de volksvergadering <Gr. ecclesia>.

‘Gemeente’

Het Griekse woord ‘Ekklesia’ is in onze taal vertaald door het woord ‘gemeente’. Gemeente is afgeleid van het woord ‘gemeenschap’ d.i. gemeenschappelijk hebben, delen. Gelovigen zijn geroepen tot gemeenschap. Het huwelijk is een gemeenschap van man en vrouw. In een natuurlijk gezin hebben de kinderen gemeenschap met elkaar en met hun ouders. Gods gezin is ook een gemeenschap.

‘Kerk’

Het woord ‘kerk’ komt volgens de meeste geleerden van de term ‘ecclesia kuriake” = vergadering van de Heer. Het woord ‘Kurios’ betekent Heer. Een heer is iemand die wettig gezag over anderen heeft. 'Kerk' wordt gebruikt voor een groep gelovigen (kerkelijke gemeente) alsook voor het gebouw waarin ze hun erediensten houden (kerkgebouw).

Ontstaan van de gemeente

De gemeente van Jezus Christus ontstond op de Pinksterdag. De Heer Jezus had gezegd dat Hij zijn gemeente ('mijn gemeente') zou bouwen en de Heilige Geest zou zenden. Op de Pinksterdag die volgde op de hemelvaart zond de Heer Jezus de Heilige Geest neer. Door de Geest werden de gelovigen samengevoegd tot één lichaam.

1Co 12:13 Immers, wij allen zijn door een Geest tot een lichaam gedoopt, hetzij Joden hetzij Grieken, hetzij slaven hetzij vrijen, en ons allen is van een Geest te drinken gegeven.

De gemeente en Israël

De gemeente van Jezus Christus, die Hij aankondigde te zullen bouwen, is niet gelijk aan het volk Israël noch aan de vergadering der Oudtestamentische heiligen. De gemeente is de bruid van Christus, de Oudtestamentische heiligen (Abraham, Mozes, David, Salomo, Elia, Daniel, enz.) zijn de vrienden of de bruiloftsgasten. De grote profeet Johannes de Doper beschouwde zich niet als behorend tot de bruid, maar als een vriend van de bruidegom.

Joh 3:29 Hij die de bruid heeft, is de bruidegom; maar de vriend van de bruidegom, die daarbij staat en hem hoort, verblijdt zich met blijdschap over de stem van de bruidegom. Deze blijdschap van mij dan is vervuld geworden.

De geringste in de gemeente ontvangt een plaats en heerlijkheid die groter is dan die van Johannes de Doper.

Mt 11:11 Voorwaar, Ik zeg u: onder hen die uit vrouwen geboren zijn, is geen grotere opgestaan dan Johannes de doper; maar de geringste in het koninkrijk der hemelen is groter dan hij.

Hoewel de Oudtestamentische gelovigen geen deel van de gemeente van Christus zijn, worden ze met de Nieuwtestamentische ontslapenen opgewekt wanneer de gemeente wordt weggenomen van de aarde en zullen ze met Christus regeren vanuit de hemel. De tronen van de 24 oudsten zijn 2 x 12: 12 vertegenwoordigen de Nieuwtestamentische heiligen en 12 de Oudtestamenische heiligen.

Opb 4:4 En rondom den troon waren vier en twintig tronen; en op de tronen zag ik de vier en twintig ouderlingen zittende, bekleed met witte klederen, en zij hadden gouden kronen op hun hoofden.

Opb 11:16 En de vier en twintig ouderlingen, die voor God zitten op hun tronen, vielen [neder] op hun aangezichten, en aanbaden God,

De gemeente wordt in Openbaring voorgesteld als een stad met twaalf fundamenten. Deze fundamenten zijn voorzien van namen, niet van de twaalf stammen van Israël noch van Oudtestamentische heiligen, maar van de twaalf apostelen van de Heer Jezus.

Opb 21:14 En de muur van de stad had twaalf fundamenten en daarop de twaalf namen van de twaalf apostelen van het Lam.

De gemeente is uitverkoren van vóór de grondlegging van de wereld, dit geldt niet voor Israël.

Efe 1:4 zoals Hij ons in Hem heeft uitverkoren voor de grondlegging van de wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn voor Hem in de liefde,

De heiligen die die op aarde zullen zijn als de Heer Jezus met Zijn gemeente in heerlijkhed verschijnt, zullen het koninkrijk beërven dat hen bereid is van de grondlegging der wereld af (in onderscheid met: van vóór de grondlegging van de wereld):

Mt 25:34 Dan zal de koning zeggen tot hen die aan zijn rechterhand zijn: Komt, gezegenden van mijn Vader, beerft het koninkrijk dat u bereid is van de grondlegging van de wereld af; 

Opb 13:8 En allen die op de aarde wonen, zullen hem aanbidden, ieder wiens naam, van de grondlegging van de wereld af, niet geschreven staat in het boek van het leven van het Lam dat geslacht is.

Opb 17:8 Het beest dat u gezien hebt, was en is niet en zal uit de afgrond opstijgen en ten verderve gaan; en zij die op de aarde wonen, van wie de naam van de grondlegging van de wereld af niet geschreven is in het boek van het leven, zullen zich verwonderen als zij het beest zien, dat het was en niet is en zal zijn.

Plaats van bestemming

De plaats van bestemming van gemeente is de hemel. Daar is het huis van de Vader. Daarboven is haar 'vaderland', haar 'beloofde land'. Daar hoort zij en daar is zij thuis. De landbelofte aan Israël is aards: een stukje van deze aarde. Beide de belofte aan de Gemeente en de belofte een Israel zijn onvoorwaardelijk.  

Zegen. De zegen voor de gemeente is geestelijk en hemels, de zegen voor Israël is aards. De gemeente is gezegend met alle geestelijke zegening in de hemelse gewesten:

Efe 1:3 Gezegend zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegening in de hemelse gewesten in Christus,

Het volk Israël werden aardse zegeningen in het vooruitzicht gesteld:

De 28:1 En het zal geschieden, indien gij der stem des HEEREN, uws Gods, vlijtiglijk zult gehoorzamen, waarnemende te doen al Zijn geboden, die ik u heden gebiede, zo zal de HEERE, uw God, u hoog zetten boven alle volken der aarde. De 28:2 En al deze zegeningen zullen over u komen, en u aantreffen, wanneer gij der stem des HEEREN uws Gods, zult gehoorzaam zijn. De 28:3 Gezegend zult gij zijn in de stad, en gezegend zult gij zijn in het veld. De 28:4 Gezegend zal zijn de vrucht uws buiks, en de vrucht uws lands, en de vrucht uwer beesten, de voortzetting uwer koeien, en de kudden van uw klein vee. De 28:5 Gezegend zal zijn uw korf, en uw baktrog. De 28:6 Gezegend zult gij zijn in uw ingaan, gezegend zult gij zijn in uw uitgaan. De 28:7 De HEERE zal geven uw vijanden, die tegen u opstaan, geslagen voor uw aangezicht; door een weg zullen zij tot u uittrekken, maar door zeven wegen zullen zij voor uw aangezicht vlieden. De 28:8 De HEERE zal den zegen gebieden, dat Hij met u zij in uw schuren, en in alles, waaraan gij uw hand slaat; en Hij zal u zegenen in het land, dat u de HEERE, uw God, geven zal. De 28:9 De HEERE zal u Zichzelven tot een heilig volk bevestigen, gelijk als Hij u gezworen heeft, wanneer gij de geboden des HEEREN, uws Gods, zult houden, en in Zijn wegen wandelen. De 28:10 En alle volken der aarde zullen zien, dat de Naam des HEEREN over u genoemd is, en zij zullen voor u vrezen. De 28:11 En de HEERE zal u doen overvloeien aan goed, in de vrucht uws buiks, en in de vrucht uwer beesten, en in de vrucht uws lands; op het land, dat de HEERE uw vaderen gezworen heeft u te zullen geven. De 28:12 De HEERE zal u opendoen Zijn goeden schat, den hemel, om aan uw land regen te geven te zijner tijd, en om te zegenen al het werk uwer hand; en gij zult aan vele volken lenen, maar gij zult niet ontlenen. De 28:13 En de HEERE zal u tot een hoofd maken, en niet tot een staart, en gij zult alleenlijk boven zijn, en niet onder zijn; wanneer gij horen zult naar de geboden des HEEREN, uws Gods, die ik u heden gebiede te houden en te doen; (SV)

Vrouw van het Lam en de vrouw van God

De gemeente is de 'vrouw van het Lam' (Opb. 19:7). Zij wordt voorgesteld als een hemelse woonplaats van God, het Nieuwe Jeruzalem. Zij is thans (anno 2018) een verloofde maagd, de verloofde van de Heer Jezus Christus. De vóórhuwelijkse betrekking met het Lam is er al.

Israël, het aardse Jeruzalem, is de vrouw van God. Zij is om haar overspel met andere goden door God verstoten, maar zal weer worden gewonnen en aangenomen.

Taak van de plaatselijke gemeente

De plaatselijke gemeente heeft een taak in de uitoefening van tucht (correctie). Wanneer persoonlijke bemoeienis met een zondigende broeder of zuster niet tot bekering leidt, moet de gemeente oordelen.

Mt 18:17 Als hij echter hun geen gehoor geeft, zeg het aan de gemeente; als hij echter ook de gemeente geen gehoor geeft, laat hij voor u zijn als de heiden en de tollenaar.

De gemeente te Corinthe liet een ontuchtige begaan. De apostel Paulus wijst erop dat de gemeente het wangedrag van de zondigende broeder heeft te betreuren en hem uit haar midden moet wegdoen. Het oude zuurdeeg moet worden verwijderd.

1Co 5:1 Men hoort algemeen van hoererij onder u, en zo’n hoererij als zelfs onder de volken niet bestaat, dat iemand de vrouw van zijn vader heeft. 1Co 5:2 En u bent opgeblazen, en hebt niet veeleer getreurd, opdat hij die deze daad begaan heeft, uit uw midden werd weggedaan? 1Co 5:3 Want ik, naar het lichaam afwezig maar naar de geest aanwezig, heb reeds, alsof ik aanwezig was, hem geoordeeld die dit zo bedreven heeft, in de naam van onze Heer Jezus Christus 1Co 5:4 (als u en mijn geest vergaderd zijn met de kracht van onze Heer Jezus) 1Co 5:5 zo iemand aan de satan over te geven tot verderf van het vlees, opdat de geest behouden wordt in de dag van de Heer Jezus. 1Co 5:6 Uw roemen is niet goed. Weet u niet, dat een beetje zuurdeeg het hele deeg doorzuurt? 1Co 5:7 Zuivert het oude zuurdeeg uit, opdat u een nieuw deeg bent; u bent immers ongezuurd. Want ook ons pascha, Christus, is geslacht. (TELOS)

Gemeenten hebben de opdracht om elkaar te ondersteunen. De gemeente te Jeruzalem had noden en de apostel Paulus wekt andere gemeenten op tot ondersteuning van de gelovigen in Jeruzalem.

1Co 16:1 Wat nu de inzameling voor de heiligen betreft, doet ook u zoals ik verordend heb aan de gemeenten van Galatie. 1Co 16:2 Laat ieder van u op de eerste dag van de week bij zichzelf iets terzijde leggen en opsparen naardat hij welvaart heeft, opdat de inzamelingen niet pas gebeuren wanneer ik kom. 1Co 16:3 En wanneer ik aankom, zal ik hen die u beproefd acht, met brieven zenden om uw liefdegave naar Jeruzalem over te brengen; (TELOS)

Arbeid in de gemeente

In de vergadering (gemeente, kerk) wordt gearbeid ten behoeve van de vergadering zelf. Activiteiten zijn: voeden, leiden, toerusten tot dienstbetoon, opbouwen, terechtwijzen, vermanen.

1 Cor 3:2  Melk heb ik u gegeven, geen vast voedsel, want dat kondt gij nog niet verdragen. Ja, dat kunt gij ook nu nog niet,

1 Thessalonica 5:12  Wij verzoeken u, broeders, hen, die onder u zich moeite getroosten, die u leiden in de Here en u terechtwijzen, te erkennen,

Ef 4:11  En Hij heeft zowel apostelen als profeten gegeven, zowel evangelisten als herders en leraars, 12  om de heiligen toe te rusten tot dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus,

Ef 4:11  En Hij heeft zowel apostelen als profeten gegeven, zowel evangelisten als herders en leraars, 12  om de heiligen toe te rusten tot dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus,

Zinnebeelden van de gemeente

In de Heilige Schrift komen verschillende zinnebeelden van de gemeente voor: een tempel of huis (van God), een volk (van God), een huisgezin of kinderen (van God), een akker (van God), een kudde (van de herder Jezus Christus), een maagd en verloofde (van Christus).

Enkele beelden - tempel, volk, huisgezin - komen bij elkaar in de volgende passage.

2Co 6:16 En welke overeenkomst heeft Gods tempel met afgoden? Want wij zijn de tempel van de levende God, zoals God gezegd heeft; ‘Ik zal onder hen wonen en wandelen, en Ik zal hun God zijn en zij zullen mijn volk zijn’. 2Co 6:17 Daarom, ‘gaat weg uit hun midden en scheidt u af, zegt de Heer, en raakt niet aan wat onrein is, 2Co 6:18 en Ik zal u aannemen; en Ik zal u tot Vader zijn, en u zult Mij tot zonen en dochters zijn, zegt de Heer, de Almachtige’. (TELOS)

Vrouw van het Lam

De gemeente is de vrouw van het Lam. Johannes de Doper zag de Messias al als de bruidegom en de mens die tot Hem kwamen en door Hem gedoopt werden, als de bruid.

Joh 3:26  En zij kwamen naar Johannes toe en zeiden tot hem: Rabbi, Hij die met u was aan de overkant van de Jordaan, van Wie u hebt getuigd, zie, Hij doopt en allen komen naar Hem toe. (...) Joh 3:29  Hij die de bruid heeft, is de bruidegom; maar de vriend van de bruidegom, die daarbij staat en hem hoort, verblijdt zich met blijdschap over de stem van de bruidegom. Deze blijdschap van mij dan is vervuld geworden. (Telos)

Haar huidige staat is die van verloofde, maar ze geldt al als de (ondertrouwde) vrouw van het Lam (overeenkomstig de oude Joodse zede met betrekking tot de aardse verhouding van verloofden). Als verloofde van Christus en Zijn toekomstige bruid is zij geroepen heilig te leven en zich voor te bereiden op haar ontmoeting met Hem.

Opb 19:7  Laten wij blij zijn en ons verheugen en Hem de heerlijkheid geven, want de bruiloft van het Lam is gekomen en zijn vrouw heeft zich gereedgemaakt; (Telos)

Opb 21:2  En ik zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, uit de hemel neerdalen van God, gereed als een bruid die voor haar man versierd is. (...) Opb 21:9  En een van de zeven engelen die de zeven schalen hadden, vol van de zeven laatste plagen, kwam en sprak met mij en zei: Kom, ik zal u de bruid, de vrouw van het Lam tonen. (Telos)

In het laatste hoofdstuk van het laatste Bijbelboek horen wij de (aanstaande) Bruid roepen tot de Heer Jezus:

Opb 22:17  En de Geest en de bruid zeggen: Kom! En laat hij die het hoort, zeggen: Kom! En laat hij die dorst heeft, komen; laat hij die wil, het levenswater nemen om niet. (Telos)

Toekomst van de gemeente

De gemeente van Christus verwacht de wederkomst van haar Heer. Uit genade zal Hij haar heerlijk, zonder vlek of gebrek, voor Zich stellen.

Efe 5:25 Mannen, hebt uw vrouwen lief, evenals ook Christus de gemeente heeft liefgehad en Zichzelf voor haar heeft overgegeven, Efe 5:26 opdat Hij haar zou heiligen, haar reinigend door de wassing met water door het woord, Efe 5:27 opdat Hij de gemeente voor Zich zou stellen, heerlijk, zonder vlek of rimpel of iets dergelijks, maar opdat zij heilig en onberispelijk zou zijn. (TELOS)

Vergelijk de woorden van de koning uit Hooglied over zijn vriendin:

Hoo 4:6 Totdat de dag aankomt, en de schaduwen vlieden, zal Ik gaan tot den mirreberg, en tot den wierookheuvel. Hoo 4:7 Geheel zijt gij schoon, Mijn vriendin, en er is geen gebrek aan u. (SV)

Meer weten

Jan Remmelink, Christus en de gemeente. Youtube.com: zaterdag bijbel seminars, 10 april 2020. Duur: 40 min. 7 sec. Over de herkomst, afkomst en toekomst van de gemeente van Christus.

Negen kenmerken van een gezonde kerk. Youtube.com: Christelijke Apologeet, 28 nov. 2020. Duur: 23 min. 19 sec. Chris Verhagen noemt meerdere kenmerken van een gezonde kerk of gemeente.

Voetnoot

  1. VanDale.nl, geraadpleegd 7 nov. 2017. Internetadres: http://www.vandale.nl/opzoeken?pattern=gemeente&lang=nn